10. Epiloog

De Maan en de Zon hadden drie aanrijdingen, maar ze overleefden die allemaal. Het paleis was al een ruïne voordat ze kust bereikten. Daar wist Chonib een schip hun kant op te sturen en vervolgens te regelen dat ze mee mochten.

Vanaf dat dek zagen ze de rookpluimen van wat ooit de grootste steden van Ottojon waren.

En in Floria kregen ze bescherming van de aardige jakhalzen. Ze hadden inderdaad praktisch geen leger. En de eenzame Florianen gingen ervan uit dat de hele wereld zou geloven dat Chonib en Enra waren gestorven tijdens de aanval.

Nogmaals had geluk aan hun zijde, zoals zijn neushoornvriend zou hebben gezegd. Ze kregen een tweede kans op het leven.

En de Florianen kregen gelijk. Even later kwam het nieuws dat Ottojon was gevallen met diens hoofdstad en leiders. In het nieuws beeldden ze hun vlag zelfs op die manier uit: een halve maan met een ster in diens midden. Het kleinste beetje respect of nagedachtenis aan hun tegenstander. Hoewel Enra later leerde dat zelfs de Sumiseri dit symbool al gebruikten, wat betekende dat er een lange stamboom aan halfgoden van Maan en Zon was in de geschiedenis.

Dat betekende ook dat het hele rijk nu plotseling geen eigenaar had.

Toen de eerste gevechten van het Tweede Conflict staakten, kwamen de winnaars samen om dit land te verdelen. Het werd in stukjes gehakt, zoals je eten aan de eettafel opdeelt onder je kinderen, of een moestuintje in verschillende gebieden voor verschillende groenten.

Of, zoals Enra dacht terwijl hij naar de scherf van de vaas keek, nog altijd in het binnenzakje van zijn uniform, als een vaas die kapotspringt. Waarna de scherven één voor één worden uitgedeeld.

Casbrita, de Frambozi, allemaal kregen ze een hap land waarmee ze niks deden, maar waarover ze wel belasting wilden innen.

En dat, beste lezer, is natuurlijk een recept voor nog veel meer conflicten voor nog honderden jaren. Iets dat de overwinnaars jammer genoeg bijna nooit leerden. Over een eeuw zouden er nog steeds oorlogen zijn omdat sommige zeggen dat het land van hen is, andere zeggen dat ze nu de baas zijn, en weer andere misbruik maken van de situatie om rijk te worden met wapenverkoop.

“Waarom konden ze het land niet heel laten?” verzuchtte Chonib herhaaldelijk. “Vrede sluiten en met rust laten?”

Dan schudde ze haar hoofd, kroop tegen Enra aan, en schilderde even later weer de maan.

Jaco, de soort-van-koning van Floria, kocht op aanraden van een energieke gazelle de schilderijen steeds over. Om op te hangen in een piramide of zoiets.

Hij barstte nog steeds soms in lachen uit over het feit dat Enra zo lang geheim had gehouden, voor zichzelf en anderen, dat hij halfgod van de Zon was.

“Je naam betekent letterlijk niet-Ra, of niet-zon. Je ouders deden de allerslechtste poging om het te verbergen!”

Vandaag was Jaco iets serieuzer terwijl ze Ottojons ondergang bespraken.

“Tja, zoals ze zeggen: geen rijk zonder ondergang. En Enra, elke keer als je terugdenkt aan wat je hebt meegemaakt, herinner dan: geen macht zonder machtelozen.”

Chonib glimlachte. “Ah! Heb ik nog een liefhebber gevonden voor de boeken van Ardex en Bella?”

Jaco schokschouderde. “Gidi probeert me te leren lezen. Leren tellen heeft ze al enigszins opgegeven.”

Hij keek met schitterende ogen naar het volgende schitterende schilderij van de Maangodin. “Maar ik weet ook: geen leven zonder kunst. Eerlijk waar, die beige zandmuren kwamen me de strot uit, maar met deze schilderijen overal aan de wand …”

Gidi de duingazelle kwam ook even kijken hoe het ging. “Nou, tja, nou, eh, ik zou het ook geen probleem vinden als je jouw repertoire iets zou uitbreiden naar schilderijen met iets anders dan de maan.”

“Ik kan de zon tekenen,” zei Enra opgewekt.

“Hij kan een ongeveer cirkelvormige gele vlek maken,” zei Chonib.

“Wie zegt wat kunst is en wat niet?” zei Jaco. “Als het jou blij maakt om zeer incorrecte zonnen te tekenen, dan—”

“Puh. Ik denk dat het tijd is dat we verder trekken,” zei Enra alsof hij beledigd was.

Ardex begreep dat de godenkinderen niet voor eeuwig de baas zouden zijn. Hun kinderen, de halfgoden, waren waarschijnlijk bedoeld om hen op te volgen. Maar nu werden zij ook opgejaagd in een nieuw wereldwijd conflict.

Enra en Chonib moesten Floria verlaten om hun familie terug te vinden, als ze nog leefden. Ze wisten ook dat ze bijna overal zouden worden vermoord als bekend werd dat ze halfgoden met magie waren. Het was om moedeloos van te worden. Sinds de allereerste gevechten tussen groepen was een eindeloze cyclus ontstaan van haat, en moord, en andere rijken inpikken.

Maar zolang ze elkaar maar hadden—omdat ze elkaar hadden—zou hun levenslicht nooit uitgaan.

 

En zo ging het leven door …

Ander verhaal?

Deze knoppen gaan naar de verhalen hiervoor (links) en hierna (rechts).

Kies het lettertype dat je leuk vindt.

Boek

Modern

Speels

10. Epiloog

De Maan en de Zon hadden drie aanrijdingen, maar ze overleefden die allemaal. Het paleis was al een ruïne voordat ze kust bereikten. Daar wist Chonib een schip hun kant op te sturen en vervolgens te…